De afgelopen jaren zijn overal in het land valklinieken in het leven geroepen. Daar bekijken deskundigen hoe het komt dat een oudere valt en wat daartegen te doen is. Een valkliniek kan een oudere bijvoorbeeld doorverwijzen naar een fysiotherapeut of oogarts, of het advies geven te stoppen met slaaptabletten.
Vallen levert bij bejaarden veel problemen op. Mensen kunnen botten breken die vervolgens langzaam genezen. Ook kunnen ze angstig worden en hun zelfstandigheid verliezen.
Even vaak
Peeters onderzocht twee groepen ouderen die na een val bij de dokter terechtkwamen. De ene groep werd in een valkliniek behandeld, de andere groep kreeg begeleiding van de huisarts. Na een jaar tijd vielen de ouderen in de twee groepen gemiddeld nog steeds even vaak. Peeters concludeert dan ook dat de kliniek niet het gewenste effect heeft op ouderen die een hoog risico hebben om te vallen.
Beweging
Wat wel helpt is lichaamsbeweging. Vaak wordt gedacht dat ouderen die sporten meer kans lopen om te vallen, maar Peeters zag het tegenovergestelde. Per half uur dat een oudere actief in beweging is, neemt de kans op herhaald vallen af met vier procent. ‘De overheid kan gerust doorgaan met het stimuleren van lichamelijke activiteit onder ouderen’, vindt de onderzoekster. Op 18 september promoveert Peeters op dit onderwerp.
Meer weten? Lees dan ook de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Daarvoor kunt u zich hier aanmelden.
Bron: ANP/Foto: ANP/Ilvy Njiokiktjien