Patiëntenzorg aan mensen in de laatste levensfase moet gekenmerkt worden door openheid tussen arts en patiënt. Dat is de stelling die – inmiddels gepensioneerd – huisarts Wilfred van Oijen zijn hele professionele leven inneemt. ‘Met de wettelijke regeling voor euthanasie hebben we veel bereikt. Maar de interactie tussen dokter en patiënt is niet in een kader te vatten. Het gaat om vertrouwen. Ondraaglijk lijden is heel individueel en daarom nooit goed te regelen.’
Ellende
Diezelfde openheid over euthanasie heeft Van Oijen in 1997 een zeven jaar lange juridische procedure en veel persoonlijke ellende gebracht. In 1997 stond hij een 84-jarige vrouw bij tijdens haar overlijden. De rechter oordeelde dat hij daarbij procedurefouten had gemaakt. Het hof veroordeelde hem in 2004 voor moord, maar Van Oijen kreeg een symbolische straf, één week voorwaardelijk.
Daad
Vooral voor mensen in de laatste levensfase is het belangrijk dat ze op hun huisarts kunnen vertrouwen als ze afspraken hebben gemaakt over euthanasie, weet Van Oijen. Maar huisartsen voegen nog steeds vaak de daad niet bij het woord als het erop aan komt. ‘Ik vind dat dat niet kan. Patiënten moeten de zekerheid hebben dat hun keuze wordt gerespecteerd. Als je als arts om welke reden dan ook geen euthanasie kunt plegen, is dat heel legitiem. Maar wees daarover duidelijk naar de patiënt.’
Lot
Juist omdat “ondraaglijk lijden” zo individueel verschillend is, moeten artsen het vermogen hebben om naar de persoon te kijken, zegt Van Oijen. ‘Daarvoor is nodig dat je naar jezelf kunt kijken, want je moet weten wat je wel en niet kunt. Mijn ervaring is dat, als mensen weten dat je ze niet aan hun lot overlaat, zij veel verder gaan in hun strijd tegen de dood. In de wetenschap dat ze de keuze hebben tegen de tijd dat ze het zelf nodig achten.’
Training
Wilfred van Oijen vindt dat alle artsen, ook specialisten, in een soort training – ‘Noem het intervisie’- moeten kijken naar hun eigen functioneren en hoe zij zelf omgaan met hun emoties. ‘Voor mij waren dit soort sessies een belangrijk instrument. Het hielp mij te leren wat mijn uitlatingen als arts kunnen betekenen voor een patiënt.’
Dood op verzoek
In 1994 liet Van Oijen zijn stervensbegeleiding van de Amsterdammer Cees van Wendel filmen tot een documentaire: Dood op verzoek. Hij werd een controversieel persoon en ongewenst in sommige landen. ‘Ik denk dat veel mensen boos zijn over wat ik heb meegemaakt. Er is nog steeds veel begrip voor wat ik heb gedaan. De verkiezing tot Amsterdammer van het jaar is een enorme rehabilitatie,’ zegt de strijdbare huisarts. ‘Voor mij is het een afsluiting, de cirkel is rond.’
Meer weten? Lees dan ook de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Daarvoor kunt u zich hier aanmelden.
Bron: Foto: Ernst Bulthuis