Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Verslavingszorg en gehandicaptenzorg slaan handen ineen

Voorheen behandelden de verslavingszorg en de gehandicaptenzorg verslaafde gehandicapten beide op hun eigen manier. Maar de sectoren constateren nu dat ze elkaar nodig hebben. Samenwerking is het toverwoord.

Door Jeroen Wapenaar – De oude muur tussen de verslavingszorg en de gehandicaptenzorg brokkelt af. Instellingen ervaren dat intensieve samenwerking hard nodig is om licht verstandelijk gehandicapten met een drank- of drugsverslaving te helpen. Want de verslavingszorg heeft niet de expertise die de gehandicaptenzorg wel heeft, en vice versa. AveleijnSDT, een instelling voor verstandelijk gehandicapten, en verslavingszorgaanbieder Tactus gaven afgelopen zomer een duidelijk signaal af.

Deze organisaties, vooral actief in Gelderland en Overijssel, bekrachtigden hun samenwerking met het ondertekenen van het eerste convenant tussen instellingen uit deze sectoren. Ook elders krijgt samenwerking handen en voeten. ‘Het gaat gelukkig niet meer over zij en wij, maar over ons en onze cliënten.

Leuk leven
Joanneke van der Nagel is psychiater bij Tactus. Marion Kiewik is orthopedagoog bij AveleijnSDT. Zij trekken in het samenwerkingsverband de kar. Elke dag komen ze talloze voorbeelden tegen van verslaafde gehandicapten. ‘Toen ik las dat minister Klink het over een paar honderd mensen had, moest ik lachen’, herinnert Van der Nagel zich. ‘Ik ken er in mijn regio al honderden.’ Kiewik knikt. ‘Samen komen we vast aan de vijfhonderd. Niet alleen verslaafden, ook bijvoorbeeld jongeren die een keer ineens heel veel drinken.’ Het zijn jongens en meiden die net als wij een leuk leven willen leiden.

Sommige cliënten van Van der Nagel zijn bijvoorbeeld fanatiek supporter van FC Twente. Niks mis mee. Net als veel fans drinken ze graag een biertje. Moet kunnen. ‘Maar bij hen loopt het extra uit de klauwen’, constateert Van der Nagel. ‘Het zijn onzekere jongens en meisjes die in een flatje wonen, een paar uur per dag begeleiding krijgen en weinig sociale contacten hebben. Daarom gaan ze naar de kroeg of naar het voetballen, waar ze tenminste nog lol hebben.’ Met als gevolg dat ze meer drinken dan goed voor hen is. Overzien dat het verstandiger is om die paar biertjes of fles wijn te laten staan, omdat morgenochtend het werk wacht, kunnen ze vaak niet.

Inspelen op beperkingen
Het begeleiden van cliënten met een beperking ging Van der Nagel net als haar collega’s voorheen maar moeizaam af. ‘Het is voor de verslavingszorg lastig om in te spelen op die beperkingen. Hoe kom je erachter of mensen met een beperking gebruiken? Hoe maak je duidelijk dat drugs en alcohol slecht voor ze zijn? De antwoorden op die vragen heeft de verslavingszorg vaak niet.’

U kunt het hele artikel lezen in Zorg + Welzijn Magazine nummer 1, januari 2009.

 

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.