Kitty van den Hoek van MOVISIE licht toe: ‘De bank, de bibliotheek, de buurtsuper, de huisarts. Al deze voorzieningen zijn steeds minder te vinden op het platteland. Voor mensen met een auto is dat geen enkel probleem, maar voor kwetsbare mensen wel.’ Ouderen, mensen met een laag inkomen en gehandicapten zijn beperkt in hun mobiliteit. Dat heeft zijn weerslag op sociale contacten, het netwerk waar zij een beroep op kunnen doen.
Ondernemers
Voorzieningen op het gebied van wonen, zorg en welzijn, ontspanning en (maatschappelijke) opvang gaan daarom meer samenwerken. ‘Maatschappelijk betrokken ondernemers kunnen hierbij een rol spelen,’ stelt Van den Hoek. ‘Op het platteland zijn geen bedrijven als Shell die kunnen investeren in projecten. Het zijn vooral de kleine en middelgrote ondernemers die meer kunnen doen dan alleen sponsoring.’ Zij kunnen volgens Van den Hoek meedenken over de herbestemming van een leegstaand gebouw of ouderen een cursus internet geven.
Multifunctioneel
‘De multifunctionele accommodaties zijn inmiddels in veel kleine dorpen te vinden,’ zegt Van den Hoek. ‘In sommige dorpen vindt je bijvoorbeeld de VVV, een pinautomaat, een boekenuitleen en een koffiehoek onder een dak. De basisschool werkt samen met de bibliotheek en de kinderopvang binnen de Brede School, die ook het platteland aan het veroveren is.’
Draagvlak
Een van de negatieve effecten van minder voorzieningen is dat aan de randen van Nederland jonge mensen wegtrekken uit de dorpen. Hiermee verdwijnt dan ook langzaam het draagvlak voor voorzieningen en komt het gebied in een neerwaartse spiraal terecht. ‘In sommige streken als Noord-Oost Friesland zet men daar regiomarketing voor in. Dat is vergelijkbaar met citymarketing. Eén van de doelen is zorgen dat jongvolwassenen na hun studie weer terugkomen en met hun talenten het platteland leefbaar houden,’ aldus Van den Hoek.
Om een indruk te krijgen van de sociale initiatieven op het platteland, organiseert MOVISIE op 16 september voor de tweede keer de Kennisdag Sociaal Vitaal Platteland. Daarbij gaat het vooral om het maken van verbindingen tussen de verschillende initiatieven die bestaan.