Het grootste probleem is dat er niet voldoende hoogopgeleide psychologen en artsen zijn die de intake kunnen doen bij mensen op de wachtlijst, en vervolgens de vinger aan de pols houden als cliënten in behandeling zijn. Zij voeren de regie op de behandeling. Aldus Marloes van Es, beleidsadviseur bij GGZ Nederland specifiek voor het thema wachtlijsten. ‘Daarna moeten mensen met psychische problematiek nog hulp krijgen. Dat gebeurt steeds meer dichtbij huis. Daarvoor is het nodig dat op lokaal en regionaal niveau huisartsen, gespecialiseerde ggz professionals, wijkteam en thuiszorg nog meer samenwerken.’
Wachtlijst ggz
GGZ Nederland heeft een peiling gedaan naar het aantal mensen op de wachtlijst. Daaruit blijkt dat zo’n 35.000 mensen op de wachtlijst voor gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg staan. Veel minder dan een eerder onderzoek van Vektis, die uitkwam op 61.000 wachtenden voor de gespecialiseerde ggz en 27.550 voor de basis ggz. GGZ Nederland heeft actuele cijfers gevraagd aan hun leden. De cijfers dekken zo’n 80 procent van het gespecialiseerde zorgaanbod.
Werkdruk
Het grootste probleem zit bij het aantal regiebehandelaren, zegt Marloes van Es. Te weinig psychologen en psychiaters. Hoe kan dat? ‘Er zijn er in de afgelopen jaren te weinig opgeleid en we zien dat veel gespecialiseerde psychologen die in de ggz werken gaan voor zichzelf beginnen. Zij hebben een enorme werkdruk, grote administratieve lasten en de verantwoordelijkheid voor de wachtlijsten. De caseload is te hoog en professionals kunnen cliënten niet te snel loslaten bij gebrek aan goede nazorg.’
Ketenpartners
Het probleem is alleen op te lossen, zegt Van Es, als huisartsen, specialistische ggz , wijkteam en thuiszorg op regionaal niveau beter gaan samenwerken en zich ook eigenaar maken van het wachttijdprobleem. ‘In de basis-ggz verloopt die samenwerking al goed, dat komt omdat ketenpartners elkaar goed kennen. Daar is de wachtlijst ook niet groot.’ In de specialistische ggz ligt de grootste uitdaging. Op landelijk niveau wordt gewerkt aan het verminderen van de regeldrukte. Het zogenoemde capaciteitsorgaan heeft recent een uitbreiding van het aantal opleidingsplaatsen aangekondigd.
Wijkteam
Volgens Van Es is het nodig dat zowel ggz-professionals als generalisten meer in de wijk en in de regio gaan werken in plaats van uitsluitend in hun specialisme. ‘Er moet sneller contact zijn met huisartsen en wijkteams. Ketenpartners zijn afhankelijk zijn van elkaar, in de samenwerking is nog veel te winnen. Cultuurveranderingen hebben tijd nodig. Aan de overlegtafels over mensen met een ernstige psychische aandoening – epa – zie je ook dat politie en justitiemensen in eerste instantie vreemd opkijken van de aanpak van de ggz-professionals. Maar naarmate zij steeds meer onderdeel zijn van het circuit zal de juiste doorgeleiding van cliënten beter gaan. Het gaat uiteindelijk om een gezamenlijke visie op de zorg voor deze mensen.’
Gemeente
Een belangrijke rol heeft de gemeente om de zorg te organiseren, voegt de GGZ beleidsadviseur toe. En dus ook het wijkteam? ‘Voor mensen met psychische problematiek bestaat er een samenhang tussen alle levensgebieden. Ze hebben ondersteuning nodig op het gebied van huisvesting, schuldsanering, dagbesteding en zorg. Dus het wijkteam heeft zeker een rol in de ondersteuning van mensen met psychische problematiek. De gemeente Utrecht heeft dat in mijn ogen bijvoorbeeld goed gedaan. Elke wijk, rijker of armer, heeft een eigen buurtteam en een eigen hostel voor opvang. De behandelaars zitten in de wijk. Elke wijk draagt zijn eigen verantwoordelijkheid.’