Op grond van de regeling ‘dienstverlening aan huis’ kunnen particulieren gemakkelijk iemand inhuren voor klussen in en om het huis. Het gaat hier om zaken als schoonmaken, wassen, strijken en koken, de tuin onderhouden, honden uitlaten, boodschappen doen of medicijnen ophalen, oppassen, hulp in de huishouding voor ouderen en langdurig zieken en het verlenen van zorg al dan niet via een een persoonsgebonden budget (pgb).
Werkloos
Mensen die deze dienstverlening aan huis inhuren, hoeven voor deze huishoudelijke hulp geen loonbelasting en premies voor werknemersverzekeringen in te houden. De hulpen hebben wel recht op het wettelijk aantal vakantiedagen en zes weken doorbetaling bij ziekte, maar ze zijn uitgesloten van sociale zekerheid. Worden ze bijvoorbeeld werkloos, dan krijgen ze geen uitkering. Ze bouwen evenmin pensioen op.
Rechten
Volgens de International Labour Organisation is de regeling ‘Dienstverlening aan huis’ niet in overeenstemming met het ILO-verdrag uit 2011. Dat verdrag bepaalt dat er geen verschillen mogen zijn tussen huishoudelijk werkers en andere werknemers. Als Nederland dit ILO-verdrag ratificeert en een nieuwe regeling maakt, zouden aan huishoudelijke hulpen meer rechten moeten worden toegekend. Dat zou betekenen dat de positie van de huishoudelijke hulp verbeterd, maar dat deze hulp ook duurder wordt en er meer verplichtingen komen voor diegenen die deze hulp inhuren.
Advies
De commissie-Kalsbeek zal daarom kijken een mogelijke verbetering van de positie van huishoudelijk personeel en de gevolgen van een eventuele ratificatie van het ILO-verdrag. Voor het einde van 2013 zal de commissie een advies uitbrengen.