Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Welzijn 2003 anticipeert op normen- en waardendebat: Aanpakken en opvoeden

Of het nu om criminele jongeren gaat of verslaafden, om immigranten die te weinig aan hun integratie werken, om steden die te weinig aan veiligheidsbeleid doen of om gemeenten die zich te weinig inspanningen getroosten om werklozen aan het werk te helpen, het nieuwe kabinet gaat ze aanpakken en opvoeden. Dat blijkt uit de welzijnsbegroting voor komend jaar.

De samenleving en de hulpverlening blijven te vaak en te lang afwachtend aan de kant staan. Dat bleek onder meer bij het drama in Roermond waarbij de vader van een gezin het woonhuis in brand stak. Verschillende beleidsvoornemens staan dan ook in het teken van dit incident: meer bemoeizorg, het inzetten van gezinscoaches, een sterkere nadruk op preventie, intensieve samenwerking tussen school, buurt en sport. Dit alles onder het motto ‘aanpakken en opvoeden’. Met de ouders als eerst verantwoordelijken. Begin 2003 komt het ministerie met een ‘integrale en resultaatgerichte jeugdagenda.’
Ook op het gebied van verslavingszorg ademt de beleidsagenda de sfeer van ‘aanpakken en opvoeden’. Het kabinet gaat de behandelmogelijkheden, zowel binnen als buiten de gevangenis, uitbreiden. Experimenten met Strafrechtelijke Opvang van Verslaafden en verplicht afkicken voor veelplegers van delicten worden landelijk ingezet. Het kabinet wil een landelijke screening opzetten voor jongeren die zich veelvuldig aan criminaliteit schuldig maken, zodat ze in het juiste type inrichting worden geplaatst. En de bestaande programma’s voor deze doelgroep worden getoetst op hun effectiviteit. De beste programma’s worden landelijk ingezet. De regering beraadt zich nog over eventuele verplichte opvoedingsondersteuning.

De sfeer van aanpakken en opvoeden beperkt zich niet tot het gedrag van de burger. Dit motto staat ook centraal in de houding van het kabinet ten opzichte van lagere overheden en maatschappelijke instanties. Bijvoorbeeld in het grotestedenbeleid. Er mag dan geen speciale minister voor Grotestedenbeleid meer zijn, dat betekent volgens minister Johan Remkes van Binnenlandse Zaken niet dat de aandacht voor de grootstedelijke problemen tot het verleden behoort. Een ‘Expertteam uitvoering GSB’ moet de kwaliteit en de uitvoering van het grotestedenbeleid gaan versterken. Op grond van de behaalde resultaten bekijkt de minister vervolgens of de steden ook na 2004 nog aanspraak kunnen maken op gsb-geld. ‘Het verwijtbaar niet halen of niet zichtbaar maken van meetbare resultaten, leidt tot minder geld,’ aldus de minister.

Integratie
Aanpakken en opvoeden. Het kenmerkt ook het integratie- en migratiebeleid. De minimumleeftijd waarop iemand zijn of haar partner naar Nederland kan laten komen, gaat van 18 naar 21 jaar. Het nieuwe gezin zal vervolgens 130 procent van het minimumloon moeten verdienen.De afgelopen zomer was al bekend geworden dat nieuwe immigranten in Nederland de kosten voor hun inburgeringscursus zelf moeten voorschieten. Als ze de cursus met succes afronden, krijgen ze de helft van het bedrag terug. Wie zijn inburgeringscursus niet met succes afrondt, kan fluiten naar een permanente verblijfsvergunning. Voor de groep immigranten die al lang in Nederland woont, heeft Hilbrand Nawijn andere plannen. Hij stelt een bedrag van twintig miljoen euro beschikbaar voor gemeenten die taalles aan de ‘oude’ immigranten bieden. Het rijk rekent de gemeenten af op het succes dat ze bereiken met de cursisten. Als ze afhaken bij de taallessen, of er met hun pet naar gooien, mogen de gemeenten de kosten op cursisten verhalen. Daarnaast wil Nawijn sluitende afspraken maken met gemeenten om geen opvang meer te bieden aan vreemdelingen zonder verblijfstitel. Illegaal verblijf in Nederland wordt strafbaar.
Wat het veiligheidsbeleid betreft, zijn de rechten en plichten ook scherp omschreven. De burger heeft recht op veiligheid en een veilige leefomgeving. Dat betekent echter niet dat de burger maar te pas en te onpas naar de rechter kan stappen. Minister Piet-Hein Donner van Justitie kondigt in de toelichting bij zijn begroting dan ook een onderzoek aan naar het verplicht stellen van bemiddeling, voordat mensen naar de rechter kunnen stappen. Daarbij moet de gang naar de rechter ook nog eens duurder worden, om mensen te ontmoedigen een procedure aan te spannen.

ID-banen
Ook gemeenten moeten worden aangepakt en opvoed, en wel aan de hand van de inspanningen die ze zich getroosten om werklozen aan het werk te krijgen. Het kabinet is ontevreden over het feit dat er eigenlijk maar twee grote instrumenten bestaan om reïntegratie van werklozen op de arbeidsmarkt te bevorderen: de ID-banen en de Wet Inschakeling Werkzoekenden. Gemeenten moeten volgens de Sociale Nota 2003 worden gestimuleerd om al hun creativiteit aan te wenden om mensen uit de bijstand te laten stromen en mensen met gesubsidieerde banen door te laten stromen naar regulier werk. Gemeenten die zich op dit gebied onvoldoende inspannen, zullen dat in hun portemonnee voelen. Het kabinet onderzoekt momenteel of gemeenten ‘een maximaal financieel belang en een maximale prikkel’ kunnen krijgen om mensen vanuit de bijstand te laten reïntegreren. Een vrij besteedbaar reïntegratiebudget moet de landelijke regelingen op het gebied van gesubsidieerde arbeid vervangen.
Vooruitlopend daarop wil staatssecretaris Mark Rutte (VVD) komend jaar het aantal ID-banen terugbrengen van 60.000 tot 45.500 en het aantal WIW-banen met vierduizend verminderen. Dat is slechts een eerste stap. Vanaf 2004 is het helemaal gedaan met landelijke regelingen op het gebied van gesubsidieerde arbeid.
De maatregelen moeten in de komende jaren een besparing opleveren van 850 miljoen euro op het totaal van de huidige reïntegratiebudgetten en van 250 miljoen euro op de totale kosten van 4,5 miljard euro op de bijstand. De besparing op de reïntegratiebudgetten komt voor tachtig procent voor rekening van de gemeenten.
Beide wetten moeten in 2004 ingaan. Ze moeten ertoe leiden dat in 2006 het percentage uitkeringsgerechtigden dat na een reïntegratietraject doorstroomt naar regulier werk met een kwart is toegenomen.
De sector zorg en welzijn maakt zich grote zorgen over het verdwijnen van de landelijke regelingen voor gesubsidieerde arbeid en vreest vele duizenden ondersteunende banen kwijt te raken, die in de praktijk hun nut hebben bewezen. Staatssecretaris Rutte meent dat de gesubsidieerde arbeidsplaatsen er niet zijn om nuttige functies te vervullen, maar als werkgelegenheidsinstrument om mensen aan regulier werk te helpen. Volgens hem staatssecretaris staat het gemeenten vrij deze banen te handhaven met het vrij besteedbare reïntegratiebudget. Dan moeten die banen echter wel tot doorstroom naar regulier werk leiden.
Tevens moet er volgens Rutte een einde komen aan het ‘ongebreidelde gemeentelijke inkomensbeleid’. Daarmee doelt hij op kwijtscheldingen van gemeentelijke belastingen, eindejaarsuitkeringen en andere gemeentelijke bonussen voor minima. Om de zogeheten armoedeval tegen te gaan, wordt de arbeidskorting met 119 euro verhoogd. Tegelijkertijd worden voordelen die werkgevers nu krijgen als zij mensen met een laag loon of langdurig werklozen in dienst nemen (SPAK en VLW) in de komende jaren afgebouwd.

Activering
Hoe denkt de staatssecretaris nog invloed uit te kunnen oefenen op doorstroom naar regulier werk wanneer het geld voor gesubsidieerd werk niet langer van het rijk, maar van gemeenten afkomstig is? Rutte: ‘Gemeenten moeten wel rond kunnen komen van hun bijstandsbudget. Als ze zich stevige inspanningen getroosten om mensen aan het werk te krijgen, houden ze geld over voor andere zaken. Doen ze het niet goed, dan zullen ze dat stuk zelf moeten bijpassen. Ze hebben dus groot belang bij doorstroom uit de gesubsidieerde banen, die dan weer vrij komen voor nieuwe uitstromers uit de bijstand.’
Daarbij bestaat echter wel het risico dat de gemeenten zich op het gemakkelijk te verdienen geld richten. Door mensen zo snel mogelijk uit gesubsidieerd werk naar de laagste regionen van de arbeidsmarkt door te laten stromen en de gesubsidieerde banen op te vullen met de meest kansrijke bijstandsgerechtigden, houden ze het risico laag om voor grote sommen bijstandsgeld op te draaien.
Toch voelt Rutte er niets voor om delen van het gemeentelijk reïntegratiebudget te oormerken voor activiteiten voor langdurig werklozen, bijvoorbeeld voor trajecten op het gebied van sociale activering.
‘Dat had gekund, maar daar hebben we niet voor gekozen. Het lijkt heel sympathiek, maar de creativiteit van gemeenten om er alles aan te doen mensen uit de bijstand te krijgen wordt ermee gesmoord. Als gemeenten de fout maken zich op de gemakkelijke groepen te richten worden ze met name op langere termijn geconfronteerd met de hoge kosten van blijvers in de bijstand. Als ze verstandig zijn, zetten ze de reïntegratiemiddelen op zo’n manier in dat ze alle hulp daarbij aanwenden die ze kunnen krijgen. Natuurlijk ligt het voor de hand dat ze voor de mensen met de grootste afstand tot de arbeidsmarkt het welzijnswerk inschakelen. Maar dat ga ik niet afdwingen. Dat moeten ze zelf regelen. De rijksoverheid heeft veel te lang de fout gemaakt alles vanuit Den Haag te willen bestieren.’/Eric de Kluis

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.