Door Carolien Stam – ‘Wij zijn de vakmensen. Wij moeten duidelijk maken wat jongerenwerkers nodig hebben om probleemjongeren aan te pakken.’ De oproep van directeur Marianne Huibers welzijnsinstelling Travers in Zwolle aan het slot van het debat, was velen de ruim 160 aanwezigen uit het hart gegrepen. De keuze tussen harde aanpak en zachte aanpak kwam uit in het midden: the best of both worlds, zo concludeerde gespreksleider Peter Lankhorst (foto’s door Claudia Kamergorodski).
Portemonnee
Het Welzijnsdebat 2007, voor de zesde keer georganiseerd in samenwerking met
Verdiwel, de vereniging van directeuren van grote welzijnsorganisaties, had als motto: ‘De harde aanpak’. Die werd direct aan het begin neergezet door Rita Verdonk, die haar boodschap per videofilm aan het congres verkondigde: ‘Er is maar één manier om ouders van probleemjongeren te pakken: in de portemonnee.’
Opvoedingsondersteuning
Verdonk wijst erop dat jongeren, die over de schreef gaan, opgepakt moeten worden. Handhaven en straffen is volgens haar hard nodig. Maar ook hun ouders dienen te worden aangesproken en moeten verplichte opvoedingsondersteuning krijgen. Werken ze niet mee, worden de ouders financieel gekort, bijvoorbeeld op de kinderbijslag of op hun uitkering.
Ontbinding
De eerste spreker na Rita Verdonk kon zich nauwelijks weerhouden om zich af te zetten tegen ‘het populisme van Verdonk, dat de ontbinding in de samenleving alleen maar bevordert.’ Micha de Winter, hoogleraar Maatschappelijke Opvoedingsvraagstukken aan de Universiteit Utrecht, presenteerde de ‘zachte aanpak’.
Agenten op school
De Winter liet aan de hand van het Amerikaans voorbeeld zien hoe de harde aanpak de civil society aantast. ‘De kosten voor gevangenissen stijgen daar explosief. Scholen worden gemodelleerd naar gevangenissen; er zijn inmiddels meer agenten op school dan in de gevangenis.’
Serieus nemen
De Winter hield een pleidooi voor de ‘constructieve pedagogische aanpak’. Jongeren bij de samenleving betrekken door met ze in gesprek te gaan, hen ook serieus te nemen, hun ouders erbij te betrekken en de jongeren perspectief in de vorm van school of werk te geven. ‘Alleen dan kan je jongeren binden aan de maatschappij. Anders gaan ze die samenleving verwerpen en vervallen in criminaliteit, drugs en agressie.’
Drang en dwang
De harde aanpak werd door Hans Werdmölder neergezet. De criminoloog van de Universiteit Utrecht stelt dat een stok achter de deur, drang en dwang, nodig is om tot een werkzame aanpak te komen. Hij verklaarde zich dan ook niet tegen korten op de kinderbijslag of op de uitkering.
Handhaving
Verder stelde Werdmölder het failliet van het natuurlijke gezag in de Nederlandse samenleving aan de orde. ‘Dat zorgt voor een gat in de handhaving van het gezag. Grote groepen, vooral Marokkaanse, jongeren hebben geen boodschap aan het compromisdenken van de Nederlandse samenleving. Hen moet duidelijk gemaakt worden dat bepaald gedrag niet wordt getolereerd.’
Aanpak overlast
De harde aanpak in de praktijk werd tijdens het debat gepresenteerd door Jack van Midden van de Stichting Aanpak Overlast Amsterdam (SAOA). Zij werken met straatinterventies door straatcoaches, die jongeren aanspreken en grenzen stellen aan vervelend gedrag. Daarnaast loopt de gezinsinterventie, waarbij een gezinswerker binnen 24 uur het gezin bezoekt om afspraken te maken over hulp en ondersteuning.
Achter de voordeur
Volgens Jack van Midden van SAOA zijn de werkers het afgelopen jaar bij 110 van 119 gezinnen achter de voordeur gekomen. Probleem is niet de medewerking van ouders, die is er wel, vooral de daaropvolgende hulpverlening, die vaak maanden op zich laat wachten.
Coachingsproject
M’hamed Yahia en Elke Minnebach, van Stichting Welzijn Helmond, presenteerden hun coachingsproject van jongeren. ‘Dichtbij de mensen in de wijk. Kijken naar wat er leeft in de wijk en jongeren ook verantwoordelijkheden geven onder begeleiding van ervaringsdeskundige jongeren. Dat is niet soft, niet hard, maar preventief.’
Hard én zacht
Tijdens het debat in de zaal over de harde of de zachte aanpak was duidelijk dat de in meerderheid aanwezige jongerenwerkers zowel voor de harde als zacht kozen. Het probleem van de jongerenwerkers concentreerde zich vooral op het gebrek aan middelen om jongeren goed te kunnen begeleiden.
Eigen profiel
Verschillende congresgangers riepen het jongerenwerk op duidelijker met een eigen profiel op de voorgrond te treden. Het vak jongerenwerk moet weer inhoud en aanzien krijgen. Daar zijn middelen voor nodig en ook goede samenwerking met collega’s op de straat. ‘Wij moeten duidelijk maken wat er nodig is om het werk met probleemjongeren succesvol te maken,’ riep Marianne Huibers in het discussieforum op. ‘Laat de vereniging van directeuren, Verdiwel, daarin het voortouw nemen.’