Door Carolien Stam – Doelstelling, aanpak en samenwerking moeten duidelijker voorbereid en uitgevoerd worden. Evenals een meer afgestemde financiering. Volgens Anne-Marie van Bergen van kenniscentrum MOVISIE moet een wijkservicepunt worden opgezet als een business case: ‘Je moet vooraf met elkaar duidelijk afspreken welke resultaten je wilt bereiken, welke instelling wat inbrengt en hoe je dat financieel rond wilt breien.’

Handreiking
Movisie heeft in opdracht van het ministerie van VWS een onderzoek uitgevoerd naar een honderdtal wijkservicepunten en een case study uitgevoerd bij vier goed draaiende wijkcentra. Doel is om met de conclusies van dit onderzoek een handreiking te maken voor ‘het veld’. Nieuw op te zetten wijkservicepunten en reeds bestaande krijgen aanbevelingen om werking en bereik in de praktijk te verbeteren.

Diensten
In de wijkservicepunten werken verschillende instellingen samen om ouderen en mensen met een beperking te ondersteunen om langer zelfstandig te wonen. Het is een combinatie van activiteiten- en ontmoetingscentrum, waar mensen samenkomen, informatie en advies krijgen. Maar zij kunnen er ook zorg en diensten aanvragen, zoals thuiszorg of een boodschappendienst. Vrijwilligers en professionals van welzijnsinstellingen, thuiszorg, ggz, woningcorporaties en andere instellingen werken er samen.

Afbakening
Die samenwerking blijkt niet altijd vruchtbaar te zijn. Hoewel uit het onderzoek blijkt dat het wijkservicepunt een grote bijdrage levert aan het zelfstandig functioneren van ouderen en gehandicapten. Het probleem van de samenwerking zit vooral in het verschil tussen culturen, constateert Anne-marie van Bergen. ‘Professionals hebben vaak een verschillende taakopvatting en kijken niet over hun eigen afbakening heen. Ook de verschillende financieringsregimes, AWBZ, Wmo, commercieel, maakt samenwerking lastig.’

Drie vliegen
Door de opzet van het wijkservicepunt als een business case te behandelen, sla je drie vliegen in een klap: planmatige aanpak, samenwerkingsafspraken en afgestemde financiering. Van groot belang is ook de bewoners in de wijk te betrekken in zo’n wijkcentrum. ‘Buurtbewoners zijn vaak een bron van informele steun voor de doelgroep en zijn bovendien van belang als vrijwilliger,’aldus Anne-Marie van Bergen. ‘Het centrum is ook belangrijk voor de buurt als er over en weer contact is.’

Veranderingen
Niet alleen op lokaal niveau moeten er aanpassingen komen, ook het rijk heeft volgens MOVISIE een taak om ‘ongewenste systeemeffecten te repareren. Het gaat dan om wetten en regels die niet zijn afgestemd op dit soort voorzieningen,’ geeft Anne-Marie vn Bergen aan. ‘Als veranderingen in de zorgverzekeringswet en de Wmo een efficiënte financiering van voorzieningen van het wijkservicepunt hinderen, dan kan alleen het rijk die regelgeving veranderen.’

De handreiking ‘We zijn gewoon een goede buur(t)’ is sinds november 2008 beschikbaar bij MOVISIE.