Tijdens het Wmo-congres van Zorg + Welzijn stond de vraag ‘Hoe goed werkt de Wmo?’ centraal. Bert Holman (ministerie VWS) benadrukte dat de Wmo geen zorgwet is, maar een participatiewet. ‘Binnen de Awbz kunnen mensen rechten claimen. De bedoeling van de Wmo is zelfredzaamheid, participatie en sociale samenhang te bevorderen. Niet alleen voor mensen met beperkingen, maar voor alle burgers.’ Uit de evaluatie van de Wmo door het Sociaal Cultureel Planbureau blijkt dat de wet daarin ten dele is geslaagd. De Wmo wordt uitgevoerd zoals de bedoeling was en burgers zijn er positief over. Maar daarnaast is er nog te weinig aandacht voor mantelzorgers en kleinere doelgroepen.
Aandacht
Bovendien blijkt de Wmo geen effect te hebben op participatie. Vooral dat laatste vond Holman zeer teleurstellend. Hij wil daar de komende tijd meer aandacht aan schenken. Ook moet volgens hem de kwaliteit van het welzijnswerk en de relatie tussen gemeenten en welzijnsaanbieders verbeteren. ‘Zij geven te vaak elkaar de schuld als iets fout loopt.’ Holman vertelde in Nieuwegein dat het ministerie van plan is gemeenten een grotere beleidsvrijheid te geven. ‘Wij willen dat gemeenten het geld dat ze overhouden aan huishoudelijke hulp niet meer hoeven terug te geven aan het rijk, maar zelf mogen besteden aan andere Wmo-taken.’ VWS voert daar momenteel overleg over met de VNG.
Uitgekleed
Publicist Jos van der Lans benadrukte dat het nieuwe welzijnswerk ook nieuwe professionals vraagt. ‘Er komen zware tijden aan: bezuinigingen, de Awbz wordt verder uitgekleed, de organisatie van de jeugdzorg gaat veranderen. Al die ontwikkelingen vragen andere kwaliteiten van welzijnswerkers. Zij moeten eropaf gaan, outreachend werken, eigenlijk zoals de klassieke welzijnswerker.’
Wegenwacht
De huidige welzijnswerker vergeleek hij met een garagehouder, waar klanten hun auto ter reparatie naartoe brengen. De nieuwe welzijnswerker is vergelijkbaar met de Wegenwacht, die zelf op problemen afgaat. De nieuwe welzijnswerker moet ook veel meer de leefwereld van burgers als uitgangspunt nemen. ‘Feitelijk moeten ze hun professionaliteit delen met hun cliënten.’ Maar daarvoor moet volgens hem de organisatie van het welzijnswerk eveneens veranderen: veel meer autonomie voor de welzijnswerker, minder instituties, minder verantwoordingsdrift en kleinschaligheid.
Kennis
Net als Holman hamerde ook Gert-Jan Cornel, voorzitter van CMOnet, op het belang van professionalisering. ‘Welzijnswerkers zijn sterke werkers, maar hun professionaliteit is zwak. Er wordt weinig gedaan met wetenschappelijke kennis, succesvolle projecten vinden geen navolging elders. Er is ongelooflijk weinig geld beschikbaar voor kennisontwikkeling en deskundigheidsbevordering.’ Wil de welzijnswerker weer trots op zijn werk kunnen zijn, dan zal er meer geïnvesteerd moeten worden in professionaliteit. Maar als ze dan successen behalen, moeten ze die beter over het voetlicht brengen, aldus Cornel.
Meer nieuws in uw inbox? Klik hier voor de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Voor meer achtergronden en opinies, neem hier een abonnement op Zorg + Welzijn Magazine.
Holman van VWS heeft gelijk. De wmo is nooit bedoeld geweest als zorgwet, maar als participatie-instrument. Degenen die dat nu ontdekken en aan dwarsverbanden gaan werken met wonen en onderwijs – en niet te vergeten met ruimtelijke ordening – zijn gewoon wat laat. Maar niet getreurd, want bezuinigingen zullen vast wel bredere verkenningen en verbintenissen opleveren. Sterker nog: Nu ben je best wel zielig als je onder de wmo valt. Neem mensen met een handicap. Het zijn gewone mensen als iedereen die af en toe hulp nodig hebben. Ze willen meedoen en gewoon over straat gaan en winkels en gebouwen in kunnen. Dat heeft niets met welzijn te maken, Die toegankelijkheid gaat namelijk over beton en stenen. Dus: toegankelijkheidsbeleid overhevelen naar openbare werken zou ik zeggen. Dat scheelt alweer in de financiering van de wmo.
CONGRES ONBETAALBAAR voor vele burgers, die ook belangrijke zaken te melden hebben EN nu wordt alles vnl. door beroepsmensen beslist over de hoofden van cliënten, patiënten.!!!!
Tja, de vergelijking van garagehouder en de wegenwacht -toegepast op de welzijnswerker- is mijns inziens niet terecht. Wel eens de wegenwacht zien uitrukken zonder een melding? Nee, het begint met de melding die door de persoon zelf wordt gedaan bij bijvoorbeeld autopech. Een welzijnswerker kan niet zo maar op mensen afstappen als die zelf niet bereid zijn de eerste stap te zetten. Of je moet van Welzijn Nieuwe Stijl Outreachend Nieuwe stijl maken, dan gaan we idd zo op pad.