Met de komst van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) hebben veel gemeenten een raad ingesteld die de maatschappelijke groepen in de gemeente vertegenwoordigd. Die adviseert, vaak op verzoek van de gemeente, over het Wmo-beleid. ‘Veel Wmo-raden zijn met de komst van de wet behoorlijk ad hoc opgezet’, zegt adviseur Marleen Alblas. ‘Het is daarom goed om een moment van bezinning in te lassen en eens goed te praten over de samenwerking en waar je als Wmo-raad naar toe wilt.’
Op een lijn
Het onderzoeksbureau ging in zes gemeenten met de leden van de Wmo-raad en de gemeenteambtenaar om de tafel. Niet eerder werd onderzoek gedaan naar de verschillende vormen van invloed (formele, feitelijke en beleefde invloed) bij beide partijen tegelijk, stelt adviseur Marleen Alblas. ‘Er is al veel onderzoek gedaan naar hoe Wmo-raden zijn samengesteld of hoe ze functioneren. Vaak wordt dan of de kant van de raad, of de kant van de gemeente bekeken. Wij willen door de groepsgesprekken met beide partijen ontdekken of iedereen op een lijn zit.’
Verwachtingen
Hoewel blijkt dat veel raden tevreden zijn over hoe zij hun invloed beleven, kan dat volgens Alblas nog beter. ‘Soms merk je dat bepaalde raden nog niet goed nagedacht hebben over welke rol zij willen hebben. Als van tevoren die rol niet duidelijk is, dan kunnen er zowel bij de gemeenten als de raden zelf verschillende verwachtingen ontstaan over de invloed van de raad.’
Agenderen
De laatste jaren ligt de focus van de gemeenten op de prestatievelden ‘participatie van gehandicapten’ en voorzieningen als de huishoudelijke hulp, zo blijkt. De Wmo-raden geven aan dat ze ook op andere prestatievelden advies willen geven, legt Alblas uit. Langzaamaan komt er ook ruimte en aandacht voor het geven van ongevraagde adviezen. ‘Je ziet dat gemeenten vooral om advies vragen, maar er is ook een aantal raden dat zelf wil agenderen. Het is goed om erover na te denken of je een adviesraad of een participatieraad wilt zijn.’
Terugkoppelen
Niet altijd koppelen gemeenten duidelijk terug wat zij precies met de adviezen doen. Alblas: ‘De Wmo-raden vinden het fijn om te horen welke adviezen zijn meegenomen en zo niet, waarom dan niet. Het gevoel dat zij serieus genomen worden, vinden ze belangrijk.’ Ook is er volgens het onderzoek nog werk aan de winkel om binnen de gemeente de ambtenaren bewust te maken van het bestaan van de Wmo-raad.
Handvatten
Het onderzoek heeft als doel een beter beeld te geven van wat er bij de samenwerking tussen gemeenten en Wmo-raden komt kijken. En welke aspecten er meespelen bij de invloed die de raden hebben. ‘Het moet handvatten bieden voor gemeenten en raden om vast te stellen waar de raden staan en welke wederzijdse verwachtingen en afspraken er zijn’, aldus Alblas. Het onderzoek wordt op 9 februari gepresenteerd tijdens een werkconferentie over participatie van kwetsbare burgers in de praktijk.
Meer weten? Lees dan ook de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Daarvoor kunt u zich hier aanmelden.
Bron: Foto: MOVISIE