Is de kwaliteit van de professionals voldoende? Krijgen burgers wel de zorg die ze nodig hebben? Worden de voorwaarden voor de Wmo 2015 wel nageleefd? Burgers en ook professionals leven nog in onzekerheid over het effect van de nieuwe Wmo. Des te belangrijker is het dat het toezicht op de uitvoering goed wordt geregeld. Gemeenten moeten dat zelf doen. Kennisinstituut Verwey-Jonker heeft een “Handreiking toezicht Wmo” geschreven met zes belangrijke suggesties. Gaat de gemeente zichzelf controleren?
Meer dan de helft van de senioren heeft geen problemen gehad met het gesprek “aan de keukentafel”. Toch is 40 procent van de ouderen onzeker over de hulp die ze per 1 januari van de gemeenten krijgen in de nieuwe Wmo. Lees meer>>
1 Gemeenteambtenaar houdt toezicht
Het college van B&W wijst een of meer ambtenaren aan die toezicht houdt(-en). Ervaring met toezicht houden is een belangrijke functie-eis. Voor de hand ligt dat, gezien hun ervaring in de kinderopvang en met de Wet Werk en Bijstand, de GGD of een ambtenaar van de afdeling Werk en Inkomen van de gemeente die taak op zich neemt.
2 Eisen aan de toezichthouder
Formeel moet de ambtenaar los staan van de gemeentemedewerkers die zich met de uitvoering van de Wmo bezig houden, bijvoorbeeld voor inkoop van zorg, beleid ter ondersteuning of contractering. ‘De slager moet niet zijn eigen vlees keuren’, aldus het Verwey-Jonker Instituut. Dus de ambtenaar moet ‘feitelijk onafhankelijk kunnen opereren’.
3 Rechten en plichten van toezichthouder
De ambtenaar moet bevoegdheden krijgen om: informatie in te winnen, inzage te krijgen in zakelijke gegevens, maar ook inzage in cliëntdossiers. De toezichtambtenaar mag niet zonder toestemming de woning betreden en heeft geheimhoudingsplicht over cliëntgegevens.
4 Op onderzoek uit in de Wmo-praktijk
Er zijn twee werkwijzen: Naar aanleiding van klachten, signalen of incidenten op onderzoek uit gaan. De toezichthouder komt pas in actie als zich een patroon aftekent, bijvoorbeeld in het cliënttevredenheidsonderzoek of in jaarverslagen van zorgaanbieders. De toezichthouder kan ook op eigen initiatief op onderzoek uit gaan op basis van een “eigen risicoanalyse”. Hij zal actief handelen als het zeer kwetsbare groepen cliënten betreft, bijvoorbeeld licht verstandelijk gehandicapten, fragiele ouderen en multiprobleemgezinnen.
5 Naleving van kwaliteitseisen
Het toezicht heeft in de eerste plaats betrekking op de naleving van kwaliteitseisen die worden gesteld aan Wmo-voorzieningen. Maar ook op deskundigheidseisen voor professionals. En op de minimumeisen die in de nieuwe wet Wmo 2015 zijn opgenomen, eventueel aangevuld met extra eisen over de kwaliteit van de zorg en ondersteuning die in een gemeentelijke verordening staan.
6 Verslag of rapportage
Daarin wordt de feitelijke situatie van het onderzoek beschreven. De toezichthouder geeft ook een oordeel over de situatie. En kan eventueel sancties voorstellen. Bijvoorbeeld met een waarschuwingsbrief bij overtreding of een zogenoemde “last onder dwangsom”, een aanwijzing met boete als de situatie niet verbetert. De toezichtambtenaar rapporteert aan het college van b en w.
Lees hier de volledige “Handreiking toezicht Wmo”