‘Waarom zou ik iets voor mezelf wensen?’ Deze uitspraak van een deelneemster aan het project Oud en wijs genoeg?! Vat misschien wel het meest duidelijk de positie samen van grote groepen oudere migrantenvrouwen. Ze hebben altijd geleefd voor man en kinderen, en nu voor hun kleinkinderen. Waar blijf je dan zelf? Om deze groep oudere migrantenvrouwen een steun in de rug te geven namen Dona Daria (Kenniscentrum Emancipatie Rotterdam) en NOOM (Netwerk van Organisaties van Oudere Migranten) het initiatief tot het project Oud en wijs genoeg?!. Turkse, Marokkaanse en Kaapverdiaanse 50+ vrouwen werden geactiveerd om mee te doen. In een cursus van 10 bijeenkomsten leerden ze nadenken over hun oude dag en te bedenken wat ze zélf zouden willen. Ze maakten kennis met diverse voorzieningen, dichtbij huis.
Dochters
Bijzonder was dat de dochters van de vrouwen betrokken werden in het project. Zo kwam het gesprek op gang en werden verwachtingen naar elkaar uitgesproken. Het NOOM signaleert dat zorgen voor je ouders binnen de migrantengemeenschappen niet meer vanzelfsprekend is. Het ideaalbeeld bestaat nog, maar de praktijk ziet er anders uit. Kinderen wonen niet altijd meer in de buurt. Ze hebben het druk met werk en opvoeding. Ze willen familiezorg bieden, maar zijn niet in staat in voldoende mate aan de verwachtingen te voldoen. De ouderen beseffen dat ze niet voor alles een beroep op hun kinderen kunnen doen, maar zijn wel van hulp afhankelijk bij administratie, doktersbezoek, aanpassingen in huis of vervoer. Deze problemen gelden speciaal voor de oudere vrouwen. Deze waarnemingen waren aanleiding voor Oud en wijs genoeg?!. Dona Daria en NOOM hebben op doelgerichte wijze hun jarenlange ervaring gebundeld in het werken met groepen die vaak beschouwd worden als ‘moeilijk bereikbaar’ en ‘moeilijk in beweging te krijgen’.
Isolement
De groep 50+ migrantenvrouwen werd gekozen omdat vrouwen op deze leeftijd nog ’tijd’ hebben om zich voor te bereiden op hun oude dag. Het ging om vrouwen in sociaal isolement. Dat wil zeggen vrouwen die mogelijk wel over voldoende familierelaties beschikken, maar daarbuiten een klein sociaal netwerk hebben, slecht Nederlands spreken, weinig zelfredzaam zijn en beperkt toegang hebben tot ontmoetings-, welzijns- en zorgvoorzieningen in de buurt.
Oudere migrantenvrouwen help je niet op weg met een voorlichting over de Wmo of een bezoek aan een verzorgingshuis. Zij hebben te maken met culturele barrières. Als vrouw hebben ze vaak nog nooit echt eigen keuzes kunnen maken. Hun man koos ervoor in een ander land werk te zoeken. Vaak tegen wil en dank zijn ze migrant geworden, én gebleven.
Lees meer in Zorg + Welzijn Magazine van juni 2013