Armoede

Armoede

Risico op armoede het grootst bij vluchtelingen

Het aantal huishoudens met een inkomen onder de lage inkomensgrens is in 2017 weer met 27 duizend huishoudens gestegen naar in totaal 599.000 huishoudens, volgens het CBS. De stijging is voor een groot deel toe te schrijven aan Syrische vluchtelingen. Het risico op armoede dreigt. Sociaal werk heeft een belangrijk rol om statushouders uit de bijstand en naar werk te begeleiden.
Jeugdhulp
AdobeStock_98843606.jpg

Bereik jeugdhulp uit balans

Jongeren met een niet-westerse migratieachtergrond groeien bijna zes keer zo vaak op in armoede dan jeugdigen met een Nederlandse achtergrond. Daarnaast groeien ze ruim twee keer zo vaak op in een eenoudergezin, zijn ze ruim drie keer zo vaak werkloos en zijn ze ondervertegenwoordigd in de lichtere vormen van jeugdhulp.

Over armoede

Hoe help je jouw cliënt uit de armoede?

Ook in een rijk land als Nederland leven steeds meer mensen in armoede. Van alle Nederlanders leeft 6,2 procent, dat zijn iets meer dan 1 miljoen mensen, onder de armoedegrens. Van hen leven er 391.000 in langdurige, dat betekent minstens vier jaar, onder de lage inkomensgrens. in armoede. Dat is 2,5 procent van de bevolking. Wat kunnen professionals doen om mensen uit de armoede te krijgen?

Lees meer

Opvallend feit aan de armoede cijfers van Nederland is dat ruim een derde van de mensen die uit de armoede zijn gekomen, daar uiteindelijk weer in terugvallen. Uit onder zoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt namelijk dat van de mensen die in een bepaald jaar uit de armoede zijn geraakt,  bijna 20% een jaar later opnieuw in een armoede situatie leeft. Na vijf jaar is in totaal 40% in armoede teruggevallen.

Armoede: opgedeeld in groepen

Wie zijn de mensen die in armoede leven? Vaak zijn het mensen die behoren tot een zogenoemde kwetsbare groep. Het SCP benoemt acht van die groepen. De eerste groep bestaat uit kinderen in armoede. In 2018 leefden er ruim 264.000 minderjarige kinderen in een huishouden met een inkomen onder de lage-inkomensgrens. Het aantal kinderen in een gezin dat al minstens vier jaar moest rondkomen van een laag inkomen is 103.000 duizend. Dit is zorgelijk omdat kinderen die opgroeien in armoede ook meer kans hebben later zelf in armoede te leven.

Het grootste risico op armoede

De tweede en derde groep bestaan uit eenoudergezinnen met minderjarige kinderen en alleenstaanden jonger dan de AOW-leeftijd. Deze twee groepen lopen het grootste risico op armoede. Nederland telt bijna 534.000 eenoudergezinnen. Ruim de helft daarvan (54%) bestaat uit eenoudergezinnen met uitsluitend minderjarige kinderen. Veruit de meeste daarvan hebben een vrouw aan het hoofd. Het armoedepercentage in deze categorie is veel hoger (bijna 15%) dan in de categorie eenoudergezinnen met een man aan het hoofd (7%). Dit komt doordat alleenstaande moeders relatief vaak afhankelijk zijn van een uitkering. Het armoederisico onder 55- tot 65-jarigen vergeleken met andere leeftijdsgroepen is hoog en is gegroeid sinds 2015. De 55-plussers die hun baan zijn kwijtgeraakt, komen moeilijk weer aan het werk. De verhoging van de AOW-leeftijd verlengt bovendien de tijdsspanne van hun armoedeproblematiek. Dit blijkt uit recente gegevens van het CBS.

Armoede onder werkende armen

De vierde groep bestaat uit werkende armen. Dat zijn mensen die een betaalde baan hebben, maar te weinig verdienen om van rond te komen. Hoe beperkter de werkweek, hoe hoger de kans op armoede. Werkende armen vormen bijna een derde van de volwassenen in armoede. Na de bijna 220.000 werkende armen zijn de bijstandsgerechtigden de tweede grootste groep onder de arme volwassenen. In totaal ging het in 2017 om ongeveer 152.000 personen. Dit was bijna een kwart (23%) van de totale groep arme volwassenen. De kans dat bijstandsgerechtigden in armoede verkeren is groot: van alle bijstandsontvangers in Nederland is ruim een derde arm. Naast de werkende armen en de bijstandsgerechtigden zijn de pensioenontvangers de derde grote groep onder de arme volwassenen. In 2017 ging het om 105.000 mensen. Bijna 90% van deze mensen is langdurig arm. Dat het aandeel in deze groep niet of nauwelijks afneemt, komt ook doordat deze groep niet kan profiteren van economische groei.

Armoede bij mensen met een migratieachtergrond

Dan blijven er nog twee groepen over: arme mensen met een migratieachtergrond en mensen die onder bewindvoering staan vanwege schulden. Van alle arme volwassenen in 2017 had ongeveer de helft een migratieachtergrond. Niet-westerse migranten zijn vaker arm dan westerse migranten. Het armoederisico verschilt per land van herkomst. Bij mensen met een niet-westerse achtergrond hebben migranten uit vluchtelingenlanden het hoogste armoederisico. Het aantal mensen dat door schulden onder toezicht van een bewindvoerder kwam te staan is de afgelopen jaren fors gestegen. Waren er in 2013 nog ongeveer 35.000 mensen onder bewind vanwege schulden, in 2018 waren dat er al ruim 56.000. Een stijging van zo’n 60 procent.

Blijf op de hoogte over armoede

Sociaal werkers zijn in de meeste gevallen betrokken bij de ondersteuning en hulp aan mensen die in armoede dreigen te geraken of die al in de schuldhulpverlening zitten. Het is voor deze professionals ook belangrijk om op de hoogte te zijn van de projecten, de beleidsregels en van de ontwikkelingen op het gebied van armoede en schuldhulpverlening. En niet te vergeten willen sociaal werkers graag lezen over nieuwe ideeën en opinies over methoden en werkwijzen. In dit dossier zet Zorg+Welzijn alles bij elkaar op het gebied van armoede. Bekijk hier het dossier over bestaanszekerheid.

Uitgelicht congres

Cultuursensitieve Zorg Congres

DELEN
Vorig artikelTransformatie
Volgend artikelDementie
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.