Participatie

Sociaal werkers, opgelet! Deze 12 boeken wil je lezen tijdens je zomervakantie

Op vakantie kunnen we vaak wél de tijd vinden om te genieten van een mooi verhaal. Maar welk boek is nu bij uitstek geschikt om te lezen op je strandbedje (of gewoon thuis op de bank)? We maakten een selectie van inspirerende, spannende en vooral menselijke verhalen waarvan we denken dat jij die als sociaal werker wel kunt waarderen.
Wijkteam

Grotere rol voor wijkteams in jeugdbescherming: ‘Risico is dat je voor de korte klap gaat’

Lokale wijkteams krijgen in de nabije toekomst een grotere rol in de jeugdbescherming. Het kabinet wil die hervorming sneller dan gepland invoeren, bestuurders van Veilig Thuis hebben daar hun bedenkingen bij. ‘Dat gaat het wicked problem, de ingewikkelde knoop die de jeugdbescherming al decennialang is, niet oplossen.’
Eenzaamheid

Hier is wel plaats in de herberg: Bryan voelde zich altijd alleen, hij helpt nu eenzame jongeren

Eenzaam, dat was Bryan Vreijsen. De nu 30-jarige Tilburger besloot dat ruim 3 jaar geleden te delen op Twitter. Dat ene berichtje maakte zoveel los dat hij Brabant Maatjes opzette: daarmee helpt hij andere jongvolwassenen om nieuwe vriendschappen te sluiten. Deel 2 uit onze 3-delige kerstserie over mensen die een plek vinden voor hen die in andere herbergen geen thuis vonden.

In De Dichter Bij Stand: een pleidooi voor meer professionele nabijheid

Als de relatie tussen hulpverlener en hulpvrager duurzamer is, dan zal het resultaat van de hulp ook beter en duurzamer zijn. Dat stelt Sander Griek, kunstenaar en ervaringsdeskundig medewerker bij Movisie. Met het project In De Dichter Bij Stand richt hij zich in eerste instantie op klantmanagers en uitkeringsgerechtigden, want in die relatie gaat veel mis. ‘Het begint met gewoon aardig zijn.’
Participatie

ERVARINGSDESKUNDIGE Nadia Kasmi

De uit Marokko afkomstige NADIA KASMI (43) kreeg pas contacten in Nederland toen ze kinderen kreeg. Maar haar werkelijke bestemming vond ze dankzij de hulpverlening. 'In iedere vrouw zie ik een klein beetje van mezelf.'
Ervaringsdeskundigen

Menselijke kwetsbaarheid is de sleutel in hulpverlening

Laat als professionals wat vaker je kwetsbaarheid zien. Dat is volgens ervaringsdeskundige Sander Griek de sleutel tot een goede hulpverleningsrelatie.
Dak- en thuislozen

‘Dakloosheid is de meest extreme vorm van uitsluiting’

'Als je dakloos wordt, hoor je dat je niet meer mee mag doen. Jij hoort dat je moet boeten,' aldus Edo Paardekooper Overman. De zeventigjarige ervaringsdeskundige zet zich al jaren in voor dak- en thuisloze mensen, verslaafden en ggz-cliënten - zowel op nationaal als internationaal niveau. Vandaag is Paardekooper Overman door het College van de Rechten van de Mens uitgeroepen tot Mensenrechtenmens 2018.
Participatie
Ervaringskennis

Werken met ervaringskennis in beleid in vier stappen

Steeds meer gemeenten zoeken hun burgers op voor input en ervaringen over het beleid. 'Organiseer dit zorgvuldig', zegt Movisie-adviseur Anne Lucassen.
Ervaringskennis moet meer plek krijgen in sociaal domein

Tijs van Steenberghe: ‘Ervaringskennis moet meer plek krijgen in sociaal domein’

Om menswaardige zorgverlening te realiseren in een rechtvaardige samenleving, heb je ervaringskennis nodig. Wordt ervaringskennis dan belangrijker dan professionele kennis? ‘Nee. Het is juist van belang dat deze verschillende bronnen van kennis elkaar versterken.’
Participatie
ervaringsdeskundig

‘Ervaringsdeskundige moet ook de luis in de pels blijven’

De eigen ervaring met psychische of sociale problemen van de ervaringsdeskundige is belangrijk voor cliënten die in vergelijkbare situaties zitten. ‘Een ervaringsdeskundige heeft aandacht voor de verschillende kanten van de situatie waarin mensen terecht zijn gekomen.’ Aldus Saskia Keuzenkamp, die dinsdag 28 november haar oratie houdt.

Over participatie

Wat is de Participatiewet?

Participatie: iedereen die kan werken, maar die het zonder ondersteuning niet redt op de arbeidsmarkt, valt sinds 1 januari 2015 onder de Participatiewet. Doel van deze wet is dat meer mensen, ook mensen met een arbeidsbeperking, werk vinden. In de Participatiewet wet zijn de voormalige Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en bijstand en de Wajong samengevoegd. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Participatiewet.

Lees meer

Sinds de invoering van de Participatie wet op 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk om mensen die ondersteuning nodig hebben, aan de slag te participeren op de arbeidsmarkt. Om dit te kunnen realiseren, zijn er in de wet een aantal instrumenten opgenomen die gemeenten moeten helpen zoals loonkostensubsidie en beschut werk. Naast het bieden van ondersteuning die gericht is op arbeidsinschakeling, hebben gemeenten ook de taak om inwoners die onder de Participatie wet vallen, wanneer dat nodig blijkt, inkomensondersteuning te bieden. Gemeenten bepalen zelf welke inwoners voor welke vorm van ondersteuning in aanmerking komen.

Participatie subsidie

Om daadwerkelijk te zorgen dat mensen die ondersteuning nodig hebben in dienst genomen worden door een werkgever, kunnen gemeenten werkgevers een loonkostensubsidie verstrekken. Deze subsidie kan uitgekeerd worden als een werkgever iemand in dienst neemt die per uur niet volledig productief zijn en daardoor eigenlijk niet het wettelijk minimum loon kunnen verdienen.

Beschut werk en banenafspraak

Een ander onderdeel van de Participatie wet is de opbouw van beschut werk. Beschut werk is bedoeld voor mensen die zo veel begeleiding nodig hebben op hun werkplek (bijvoorbeeld door hun lichamelijke of psychische beperking) dat het niet realistisch is om van een reguliere werkgever te verwachten dat hij hen in dienst neemt. Daarom is er vanuit het rijk budget beschikbaar gesteld om in totaal 30.000 beschutte werkplekken te realiseren. Dit gaat echter nog niet zo voorspoedig als gehoopt. Zo was er in 2015 bijvoorbeeld budget om 1600 plekken te realiseren, uiteindelijk zijn dat er maar 44 geworden. De Tweede Kamer heeft daarom vastgesteld dat gemeenten vanaf 1 januari 2017 verplicht zijn om beschut werk aan te gaan bieden. Binnen vijf jaar moeten de plekken die in 2015 en 2016 niet gerealiseerd werden, alsnog beschikbaar komen. Het totaal van 30.000 plekken moet in 2048 gehaald zijn.

Banenafspraak participatie

En dan is er nog de banenafspraak participatie. In 2013 is, in het sociaal akkoord, afgesproken dat werkgevers voor 2026 stapsgewijs 100.000 extra banen creëren voor mensen met een ziekte of een handicap. De overheid creëert daar bovenop ook 25.000 banen. Deze banenafspraak staat los van het bieden van beschut werk. Wanneer de doelstellingen van de banenafspraak niet gehaald worden, kan er een dwingend quotum afgesproken worden. Dat quotum houdt in dat op termijn elke werkgever met 25 en meer werknemers een formele verplichting krijgt arbeidsplaatsen open te stellen aan mensen met een arbeidsbeperking en moet betalen voor niet vervulde plekken.

Tegenprestatie en basisinkomen

Naast regels, subsidiemogelijkheden en afspraken voor en met werkgevers, zijn er in de Particpatiewet ook verplichtingen opgenomen voor burgers. Eén van die verplichtingen is de tegenprestatie naar vermogen. Dit betekent dat gemeenten inwoners die een bijstandsuitkering ontvangen, kunnen verplichten hier een tegenprestatie voor te leveren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het verplicht uitvoeren van vrijwilligerswerk. De enige voorwaarden die het rijk stelt aan de tegenprestatie, is dat de tegenprestatie het re-integratiebeleid niet mag doorkruisen en dat er geen tegenprestatie gevraagd mag worden van alleenstaande ouders die de volledige zorg hebben voor één of meer kinderen tot vijf jaar.

Participatie en het basisinkomen

Om na te gaan of mensen met een bijstandsuitkering sneller uitstromen naar werk en daardoor dus minder (lang) afhankelijk zijn van een uitkering, wordt er nu in verschillende gemeenten getest of een basisinkomen zou werken. Er zijn hiervoor verschillende experimenten in gang. Vanuit het rijk wordt een experiment gesubsidieerd. In dit experiment mogen bijstandsgerechtigden deelnemen op vrijwillige basis en worden ze ingedeeld in drie groepen: een ontheffings-, een intensiverings- en een vrijlatingsgroep. Op die manier kunnen gemeenten testen hoe gedrag van bijstandsgerechtigden verandert naarmate ze meer of minder verplichtingen krijgen en wel of geen geld mogen bijverdienen naast hun uitkering. Een aantal gemeenten, zoals Terneuzen en Zwolle, die dit experiment te ingewikkeld vinden, ontwikkelen zelf experimenten waarbij de regeldrang minder hoog is.

Uitgelicht congres

Cultuursensitieve Zorg Congres

DELEN
Vorig artikelJeugdhulp
Volgend artikelInformele zorg
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.