Participatie

Wijkteam

Opbouwwerkers succesvol in collectief werken: ‘De wethouder begrijpt de pijn’

Linda van de Kamp en Jeanette de Waard werken als opbouwwerker in Amsterdam-Noord. Ze ondersteunen daar initiatieven van bewoners, bijvoorbeeld om mensen die zich machteloos voelen een stem te geven. Wat kunnen individueel werkende sociaal werkers leren van deze collectief werkende opbouwwerkers?

Zelfstandig wonen voor je cliënt wordt makkelijker als jij deze 7 dingen doet

Hoe gaat het met mensen die van een woonvoorziening naar (begeleid) zelfstandig wonen gaan? Dat probeerden onderzoekers aan de Radboudumc te achterhalen. Ze spraken 72 mensen die deze stap maakten en volgden hen een jaar lang. Voor een deel zijn de veranderingen positief, maar op andere gebieden loopt het nog niet zo lekker.
Verslaving

Op wijkniveau stoppen met roken? ‘Dan móét er aandacht voor chronische stress zijn’

Op wijkniveau werk maken van stoppen met roken. Dat wordt beoogd in De Coevering, een kwetsbare wijk in het Brabantse Geldrop waar sommige mensen met schulden, gezondheid en opvoedproblemen kampen. ‘Om de kans op succes bij het stoppen te vergroten, móét er juist aandacht voor die stress zijn.’ Om die reden wordt nadrukkelijk de samenwerking met sociaal werkers gezocht.
Ondermijning
jongeren op straat met alcohol

Het vak van straatcoach bestaat eigenlijk niet, maar in Arnhem zijn ‘frontsoldaten’ wel succesvol

Er zijn op straat, dat is in essentie het werk van een straatcoach. Ondanks dat in de armere wijken van Arnhem jongeren met succes behoed worden voor criminele activiteiten, heeft het beroep van straatcoach behoefte aan verdere professionalisering. ‘Veel van onze straatcoaches hebben vroeger zelf geworsteld met aspecten van ondermijning.’
Participatie

Hoe jij gesprekken over opvoeden in de wijk op gang kunt brengen

Een gesprek voeren met alleen woorden kan moeilijk zijn. Zeker als het gaat over de opvoeding. En al helemáál als je te maken hebt met een taalbarrière. Sociaal werkers kunnen hierbij wel een handvat gebruiken. Om het gesprek over opvoeden en sociale steun in de wijk op gang te brengen, ontwikkelde onderzoeker Sanne Rumping samen met ouders en jeugdwerker een visuele tool.

Noviteiten in het sociaal domein: 5 ontwikkelingen om in de smiezen te houden

Welke vernieuwingen binnen het sociaal domein moet je blijven volgen? Laat je inspireren door deze vijf noviteiten waar je in 2023 ongetwijfeld meer over gaat horen.
Armoede
Schulden

Nationale ombudsman hekelt beleid voor energiearmoede: ‘Groen doen is noodzaak’

Het prijsplafond mag dan zijn ingevoerd, 'we' zijn in 2023 nog lang niet van de energiearmoede af. De Nationale ombudsman trok vorige maand ook aan de bel: er bestaan te grote verschillen in de ondersteuning aan huishoudens die in de knel geraakt zijn.
Wijkteam

Grotere rol voor wijkteams in jeugdbescherming: ‘Risico is dat je voor de korte klap gaat’

Lokale wijkteams krijgen in de nabije toekomst een grotere rol in de jeugdbescherming. Het kabinet wil die hervorming sneller dan gepland invoeren, bestuurders van Veilig Thuis hebben daar hun bedenkingen bij. ‘Dat gaat het wicked problem, de ingewikkelde knoop die de jeugdbescherming al decennialang is, niet oplossen.’
Armoede

Nederland telt al meer dan 1200 Warme Kamers: ‘Ze voorzien in een behoefte’

Koud thuis? Kom er warm bij zitten. Samen met andere maatschappelijke organisaties heeft het Leger des Heils inmiddels 1200 Warme Kamers in buurten en dorpen geopend. 'Mensen zitten letterlijk in de kou, omdat ze hun verwarming niet aan durven zetten.’ Wat kun jij als sociaal werker betekenen?
Wijkteam

‘Hulpverlening faciliteert individualisering’ 

Albert-Jan Kruiter vindt dat de hulpverlening individualiserend werkt, vertelt hij op het Wijkteams congres van Zorg+Welzijn. ‘Alles straalt uit naar de hulpbehoevende: het draait om jou als individu. Het gevolg is dat we vergeten dat er ook nog een "wij" is, een collectief.' Sommige problematiek is collectief op te lossen. Daar heeft volgens Kruiter het wijkteam een grote rol bij.

Over participatie

Wat is de Participatiewet?

Participatie: iedereen die kan werken, maar die het zonder ondersteuning niet redt op de arbeidsmarkt, valt sinds 1 januari 2015 onder de Participatiewet. Doel van deze wet is dat meer mensen, ook mensen met een arbeidsbeperking, werk vinden. In de Participatiewet wet zijn de voormalige Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en bijstand en de Wajong samengevoegd. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Participatiewet.

Lees meer

Sinds de invoering van de Participatie wet op 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk om mensen die ondersteuning nodig hebben, aan de slag te participeren op de arbeidsmarkt. Om dit te kunnen realiseren, zijn er in de wet een aantal instrumenten opgenomen die gemeenten moeten helpen zoals loonkostensubsidie en beschut werk. Naast het bieden van ondersteuning die gericht is op arbeidsinschakeling, hebben gemeenten ook de taak om inwoners die onder de Participatie wet vallen, wanneer dat nodig blijkt, inkomensondersteuning te bieden. Gemeenten bepalen zelf welke inwoners voor welke vorm van ondersteuning in aanmerking komen.

Participatie subsidie

Om daadwerkelijk te zorgen dat mensen die ondersteuning nodig hebben in dienst genomen worden door een werkgever, kunnen gemeenten werkgevers een loonkostensubsidie verstrekken. Deze subsidie kan uitgekeerd worden als een werkgever iemand in dienst neemt die per uur niet volledig productief zijn en daardoor eigenlijk niet het wettelijk minimum loon kunnen verdienen.

Beschut werk en banenafspraak

Een ander onderdeel van de Participatie wet is de opbouw van beschut werk. Beschut werk is bedoeld voor mensen die zo veel begeleiding nodig hebben op hun werkplek (bijvoorbeeld door hun lichamelijke of psychische beperking) dat het niet realistisch is om van een reguliere werkgever te verwachten dat hij hen in dienst neemt. Daarom is er vanuit het rijk budget beschikbaar gesteld om in totaal 30.000 beschutte werkplekken te realiseren. Dit gaat echter nog niet zo voorspoedig als gehoopt. Zo was er in 2015 bijvoorbeeld budget om 1600 plekken te realiseren, uiteindelijk zijn dat er maar 44 geworden. De Tweede Kamer heeft daarom vastgesteld dat gemeenten vanaf 1 januari 2017 verplicht zijn om beschut werk aan te gaan bieden. Binnen vijf jaar moeten de plekken die in 2015 en 2016 niet gerealiseerd werden, alsnog beschikbaar komen. Het totaal van 30.000 plekken moet in 2048 gehaald zijn.

Banenafspraak participatie

En dan is er nog de banenafspraak participatie. In 2013 is, in het sociaal akkoord, afgesproken dat werkgevers voor 2026 stapsgewijs 100.000 extra banen creëren voor mensen met een ziekte of een handicap. De overheid creëert daar bovenop ook 25.000 banen. Deze banenafspraak staat los van het bieden van beschut werk. Wanneer de doelstellingen van de banenafspraak niet gehaald worden, kan er een dwingend quotum afgesproken worden. Dat quotum houdt in dat op termijn elke werkgever met 25 en meer werknemers een formele verplichting krijgt arbeidsplaatsen open te stellen aan mensen met een arbeidsbeperking en moet betalen voor niet vervulde plekken.

Tegenprestatie en basisinkomen

Naast regels, subsidiemogelijkheden en afspraken voor en met werkgevers, zijn er in de Particpatiewet ook verplichtingen opgenomen voor burgers. Eén van die verplichtingen is de tegenprestatie naar vermogen. Dit betekent dat gemeenten inwoners die een bijstandsuitkering ontvangen, kunnen verplichten hier een tegenprestatie voor te leveren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het verplicht uitvoeren van vrijwilligerswerk. De enige voorwaarden die het rijk stelt aan de tegenprestatie, is dat de tegenprestatie het re-integratiebeleid niet mag doorkruisen en dat er geen tegenprestatie gevraagd mag worden van alleenstaande ouders die de volledige zorg hebben voor één of meer kinderen tot vijf jaar.

Participatie en het basisinkomen

Om na te gaan of mensen met een bijstandsuitkering sneller uitstromen naar werk en daardoor dus minder (lang) afhankelijk zijn van een uitkering, wordt er nu in verschillende gemeenten getest of een basisinkomen zou werken. Er zijn hiervoor verschillende experimenten in gang. Vanuit het rijk wordt een experiment gesubsidieerd. In dit experiment mogen bijstandsgerechtigden deelnemen op vrijwillige basis en worden ze ingedeeld in drie groepen: een ontheffings-, een intensiverings- en een vrijlatingsgroep. Op die manier kunnen gemeenten testen hoe gedrag van bijstandsgerechtigden verandert naarmate ze meer of minder verplichtingen krijgen en wel of geen geld mogen bijverdienen naast hun uitkering. Een aantal gemeenten, zoals Terneuzen en Zwolle, die dit experiment te ingewikkeld vinden, ontwikkelen zelf experimenten waarbij de regeldrang minder hoog is.

Uitgelicht congres

Cultuursensitieve Zorg Congres

DELEN
Vorig artikelJeugdhulp
Volgend artikelInformele zorg
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.