Wmo

Wmo

Vooruitblik op 2022 deel 4: ‘Integraal verhaal van pensioen, wonen en zorg ontbreekt’

Na een rumoerig jaar vol coronamaatregelen staat het nieuwe jaar voor de deur. Wordt het een fris begin of vooral een voortzetting van huidige plannen? We vragen het aan de deskundige sprekers. Deze aflevering Anneke Sipkens, directeur van ouderenorganisatie ANBO: ‘De stijgende druk voor werknemers en cliënten in de ouderenzorg maakt een structureel plan noodzakelijk.’
Langer thuis wonen
Voor de ouderenzorg van de toekomst hebben professionals in de nulde en eerste lijn meer houvast nodig.

Gezond en gelukkig oud worden is meer dan ‘een project’

Hoe bouwen sociaal werkers aan een sterke sociale basis voor de ouderen in hun wijk? Zodat deze ouderen gezond en gelukkig oud kunnen worden in hun eigen wijk. Op die vraag zochten Jenny Zwijnenburg en Sjef van der Klein een antwoord. ‘Ken de ouderen in jouw werkgebied en vraag aan hen wat ze nodig hebben. Het netwerk is heilig.’

SCP: Zorg voor langer zelfstandig wonen hoort niet bij wijkteam

De toekomstige ouderenzorg heeft meer specifieke deskundigheid van professionals nodig om ouderen thuis te begeleiden. Dat blijkt uit de kennissynthese van het Sociaal en Cultureel Planbureau. ‘Er wordt nog steeds te veel op de eigen kracht ingezet’.
Zelfredzaamheid

Huisartsen over de toegang: zelfstandig wonen is een zware opgave

De hervormingen in de langdurige zorg per 2015 hebben gevolgen voor allerlei zorggebieden, zo ook voor huisartsenzorg. Door middel van elf interviews kregen we inzicht in ervaringen en meningen van huisartsen over de huidige toegang tot zorg en ondersteuning.
Wijkteam
Wijkverpleegkundige kan onvoldoende inspelen op complexe zorgvraag

Wijkverpleegkundige kan onvoldoende inspelen op complexe zorgvraag

Nu mensen steeds langer thuis moeten blijven wonen en sneller uit het ziekenhuis worden ontslagen, wordt er meer verwacht van wijkverpleegkundigen. Maar om dat waar te maken, zijn goede afspraken nodig tussen zorgverzekeraars en aanbieders. De Nederlandse Zorgautoriteit stelt dat er op dat vlak nog ‘ruimte voor verbetering’ is.
Zelfredzaamheid
Hugo de Jonge: Zorgbuurthuis is een stap terug

Hugo de Jonge: Zorgbuurthuis is een stap terug

‘Kleinschalig kunnen wonen met goede zorg, in je eigen buurt, daar moet iedereen voor kunnen kiezen.’ Zo onderbouwt Lilian Marijnissen haar plan voor Zorgbuurthuizen. Minister De Jonge laat in een reactie weten positief tegenover het idee te staan. Maar: ‘Het is ongewenst dat het Rijk hiervoor zorg draagt.’
Wmo

Informatievoorziening aan mensen die langer thuis wonen ontoereikend

Er wordt een te groot beroep gedaan op de eigen kracht en zelfredzaamheid van mensen met een ernstige beperking die thuis wonen. Dat concludeert de rekenkamer Utrecht. Wat gaat er mis?
Eenzaamheid
eenzame oudere

‘Eenzaamheid stijgt bij thuis, thuis en nog eens thuis’

Acht jaar Week tegen Eenzaamheid heeft niet alleen aandacht en urgentie gegeven aan mensen die leven in eenzaamheid. ‘Er gebeurt heel veel, nu moeten we het omzetten in effectieve interventies’, zegt Arie Ouwerkerk, directeur van Coalitie Erbij.
Wmo
Ouderen-thuis

Ouderen hebben info nodig over langer thuis wonen

De helft van de 50–plussers denkt dat de huidige woning niet geschikt is om te blijven wonen als ze zorgbehoeftig worden. Maar nog geen 10% van de senioren gaat ook daadwerkelijk informatie zoeken over mogelijkheden om langer thuis te wonen.
Wmo
Valpreventie-ANP.jpg

Oudere moet zelf aan valpreventie doen

Het aantal valongevallen onder ouderen blijft stijgen. Het stijgt zelfs harder dan volgens de vergrijzing verklaard kan worden.

Over wmo

Elke gemeente zijn eigen zorg en ondersteuning

Bijna 2 miljoen mensen krijgen zorg en ondersteuning, volgens de kerncijfers 2015 van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Veelal uit het informele netwerk. Vanaf 2015 wordt zorg en ondersteuning vanuit de Wmo door gemeenten georganiseerd en gefinancierd. Uitgangspunt is dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Dat heeft geleid tot werken in wijkteams, een woud aan pilots en veel discussie over Wmo.

Lees meer

Gemeenten worden sinds 1 januari 2015 geacht ervoor te zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn.

Onderzoek naar de uitvoering van de Wmo

Uit onderzoek naar de uitvoering van de Wmo blijkt dat in 2016 de waardering voor wijkteams ietsje is gedaald naar van 6,7 in 2015 naar 6,6. De grootste problemen van de decentralisatie zitten nog steeds in het jeugdhulp. Een op de 5 Nederlanders vindt dat de decentralisaties goed uitpakken. 47 Procent heeft geen vertrouwen in de decentralisatie, vooral niet bij de uitvoering van de ouderenzorg. Dat blijkt uit een onderzoek van I&O Research. Vlak vóór 2015, voordat de Wmo en Jeugdwet overgingen naar de gemeente, gaf 54% aan geen vertrouwen te hebben.

Verschillende vormen van hulp en ondersteuning onder Wmo

Onder de Wmo vallen verschillende vormen van hulp en ondersteuning. Het gaat bijvoorbeeld om: begeleiding en dagbesteding; ondersteuning van mantelzorger; beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis; opvang in geval van huiselijk geweld en mensen die dakloos zijn. Maar ook om ondersteuning die past bij persoonlijke situatie van de cliënt die een zorgvraag heeft. Iedere gemeente organiseert de toegang tot ondersteuning op zijn eigen manier. Sommige gemeenten kiezen voor het Wmo-loket. Veel gemeenten kiezen sociale wijkteams waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Wat het wijkteam precies doet, verschilt per gemeente. De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsgebonden budget (pgb) geven. Met een pgb kan de cliënt de ondersteuning zelf kiezen en inhuren.

Meldt iemand zich bij de gemeente met het verzoek om ondersteuning, dan moet de gemeente onderzoek doen naar de persoonlijke situatie. Vooral over dat onderzoek naar de hulpvraag van de cliënt via het zogenoemde “keukentafelgesprek” is veel discussie geweest vanaf het begin van de decentralisatie in 2015. De keukentafelgesprekken leidden tot veel klachten en tot gefrustreerde cliënten en mantelzorgers. Daar is zeker door gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties en door sociaal werkers van geleerd.

Decentralisatie in de Wmo

De decentralisatie van zorg en ondersteuning in de Wmo heeft een fase van ontwikkeling doorgemaakt. Dat heeft ook geleid tot flinke discussies in de diverse gemeenten over hoe de Wmo vorm te geven. Het heeft ook geleid tot experimenten, pilots die opkomen en net zo snel weer afvallen. Het heeft geleid tot ketenzorg en samenwerking, en zorg dichtbij de cliënt. In dit dossier vind je artikelen die weergeven hoe de discussie is gevoerd en waartoe de transitie heeft geleid. Met alle voors en tegens en ontwikkelingen in de zorg en ondersteuning voor burgers en kwetsbare mensen.

Wmo-cijfers

Tot slot nog een paar cijfers uit de publicatie in april 2017 van I&O Research: De professionele hulp en begeleiding worden door zorggebruikers in 2016 met een 7,4 gewaardeerd, dat was een 7,7 in 2014. Een op de tien mensen geeft een onvoldoende aan de geboden hulp. De belangrijkste redenen zijn de lange wachtlijsten (57%), niet goed luisteren naar de hulpvrager (50%) en niet goed samenwerken tussen organisaties (43%).

DELEN
Vorig artikelZelfredzaamheid
Volgend artikelLVB
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.